De OOSTERHOEK

WATERSCHAP - GESCHIEDENIS

 

De voorgeschiedenis van het waterschap Oterdum

 

Het Oterdumerzijlvest werd opgericht na de vloed van 1316, waarbij de Dollard ontstond en verzorgde oorspronkelijk de waterafvoer van een groot gebied.
De oudste akte waarin sprake is van dit Zijlvest dateerd uit 1439. Door afsplitsing van enige delen en ten gevolge van de Dollardvorming werd zijn taak later beperkt tot de onder Oterdum, Oosterwierum, Heveskes, Borgsweer en Lalleweer gelegen gronden.
Het bestuur werd als volgt gevormd; President of schepper was de Commandeur van Oosterwierum (later de Heer van Farmsum, door koop opvolger in de rechten van de Commandeur).
Naast de schepper zaten er vier zijlvesten in het bestuur, twee namens Oterdum, één namens Heveskes en één namens Borgsweer en Lalleweer.
De grootte van het zijlvest is wel eens veranderd, doch werd meestal op 3351 grazen gesteld (ca. 1370 ha).
Het zijlvest waterde af door de Oterdumerzijl, gelegen ten westen van het dorp Oterdum. Op 3 maart 1557 werd een overeenkomst gesloten, over een te maken nieuwe sluis voor het Zijlvest Oterdum.
Het in 1870 gevormde Waterschap Oterdum, verving het Oterdumerzijlvest, voor zover de gronden van dit zijlvest niet in het waterschap Oldambt waren opgenomen.
Het waterschap Oterdum werd eveneens verdeeld in vijf onderdelen. Deze onderdelen kregen het beheer over en het toezicht op de voormalige kerspelwerken. Elk ervan nam dan ook de rechten en verplichtingen over van (het deel van) het kerspel waarvoor het in de plaats kwam.
Het hoofdkanaal van het nieuwe waterschap, het Oterdumerdiep, voerde het overtollige water door de sluis in de zeedijk bij Oterdum af op de Eems.
Het meer en meer onder bemaling brengen van de gronden van het waterschap, waardoor de boezemruimte langzamerhand kleiner werd, leidde echter in het begin van de twintigste eeuw tot de bouw van een gemaal boven deze sluis en tot vervanging van de vrije lozing van het waterschap op de Eems door een kunstmatige waterafvoer.
Tevens werden toen de onderdelen en de drie binnen het waterschap gelegen waterschappen, Heveskermolenpolder, Lalleweerstermolenpolder en Oterdumermolenpolder opgeheven.

Oorkonde van 3 maart 1557

waarin een overeenkomst werd aangegaan voor een te maken nieuwe sluis voor het Zijlvest Oterdum.


s


s

 

s

 

Het hoofdkanaal van het ,,Zijlvest Oterdum,, het Oterdumerdiep, oud riviertje, monde ca. 1600 uit in de Eems ten oosten van Oterdum.
Het liep achter de latere boerderij Toxopeus langs, recht door, door het poldertje tussen de beide dijken, naar de Eems.
Later werd de uitwatering van het Oterdumerdiep verlegd langs Oterdum naar het westen. Daar boog het in noordelijke richting naar de Eems, ,,Oal Zielgat,,
Weer later in 1729 werd de plaats van uitwatering verlegd naar het oosten, doch nog in het dorp. Tot de afbraak van Oterdum heeft de sluis, later gemaal, in het oosten van het dorp gelegen.

 

s

 

j
  Oterdum 1909
Potloodtekening  van de schoolmeester Albert Gerbinus Wind (1849-1936) van de Oterdumerzijl en omgeving, kort voordat de afwatering werd gemechaniseerd.

 

 

s

Een gedeelte uit de kaart van de provincie Groningen uit 1835.
Met een M aangegeven het Oterdumer Zijlvest.
Kaart uit de Atlas van Kooper: oude kaarten van de provincie Groningen.

 

s

Gedeelte uit de kaart van de provincie Groningen uit de jaren 1855/1859.
Met boven het Oterdumer Zijlvest.
Kaart uit De Atlas van Kooper: Oude kaarten van de provincie Groningen.

 

s

Kaart uit; De Atlas van Kooper: oude kaarten van de provincie Groningen.

 

s

Molenkoloniën in de Termunter en Oterdumer Zijlvesterijen uit 1857

 

s

De Oterdumerzijl (1729) ,voordat de afwatering in 1908 werd gemechaniseerd.